Auke ramt door.

Auke van de Kamp is er vier dagen na de verloren finale van Abiant Lycurgus tegen het Doetinchemse Orion nog kapot van. Doordat een service van Frits van Gestel ten onrechte als buiten de lijnen werd beoordeeld, werd het in de derde set van het beslissende duel 25-25 in plaats van 26-24. In plaats van een klinkende 3-0 overwinning, stond er even later 2-1 op het scorebord. In Martiniplaza ontspon zich vervolgens een waar Hitchcock-drama waarin Orion met de winst én het kampioenschap ging strijken.
‘Iedereen maakt fouten’, zegt Auke, ‘je kunt het de arbitrage nauwelijks verwijten. Maar je voelde dat Orion zich al bij een nederlaag had neergelegd. Door de foute beslissing bleven ze in de wedstrijd. Nee, het was niet dat we de koppies lieten hangen, je zit toch in een soort cocon. Wel was de echte focus even weg en juist op dat moment kreeg Orion de geest.’

In!

Het (achteraf) beslissende moment in de play-off-finale volleybal. De service van Frits van Gestel belandt vóór de achterlijn, in! 26-24, Lycurgus is kampioen. Maar de arbiters geven de bal uit. 

Joris Marcelis, Orions spelmaker, stond bij de fatale 25-25 in de baan van de bal. Tv-kijkers konden zich daardoor geen oordeel vormen, maar een foto die later opduikt laat geen enkele twijfel toe, de bal is in.
‘Joris zal dat ook hebben gezien’, vermoedt Auke, maar verwijten maakt hij de grote man van Orion niet.
‘Zoiets gaat in het vuur van het spel. Wel is het jammer dat volleybal geen mogelijkheid biedt van een challenge, zoals bij tennissen. Dan hadden we de beslissing van de spelleiders kunnen betwisten.’
Na het verloren duel was de 23-jarige nummer 5 een paar dagen onbereikbaar.
‘Na zondag heb ik mijn mobiel even weggedaan, want die stond roodgloeiend en ik werd er helemaal gek van, hahaha.’

‘Lang en mager was ik, en heel onhandig, of zeg maar gerust slecht’

Nee, Auke had van alles te regelen en er waren de nodige plichtplegingen (zoals een afscheid van de oude sponsor Abiant en een kennismaking met de nieuwe, Nedmag in Veendam). Maar er is nog meer verandering op til. Auke verlaat Groningen en Lycurgus zal het vanaf volgend jaar zonder hem moeten stellen. Hij kijkt er tevreden op terug, hoewel zijn vier jaar bij Lycurgus niet allemaal top waren.
‘Een heel jaar, van december 2017 tot december 2018 worstelde ik met een hardnekkige knieblessure. Pas in 2019 werd ik weer een vaste kracht, net toen het team goed begon te draaien.’
Toen kwamen er opeens financiële perikelen. Schulden bleken als een molensteen om Lycurgus’ nek te hangen.
‘Het team deed ook zijn uiterste best om extra geld in te zamelen. Ik heb het idee dat de financiële problemen ons parten speelden in de bekerfinale.’
Die ging in februari in een spannende viersetter verloren tegen Draaisma Dynamo.
‘Het geeft stress. En, eerlijk is eerlijk, die had ook nog invloed op het spel tijdens de play-offs.’
Bijna noodgedwongen kwam Auke op de basisschool in aanraking met volleybal.
‘Ik zat in groep acht en ik hield van voetbal. Lang en mager was ik, en heel onhandig, of zeg maar gerust slecht. Voor volleybal was ik juist geknipt. En het ging goed, op de middelbare school kwam ik in het Nederlandse Talent Team. Op mijn vijftiende verhuisde ik daarom van Zutphen naar Amsterdam, waar ik ook naar de havo ging. Ik wilde leraar geschiedenis worden.’
Het Talent Team verhuisde naar Papendal in Arnhem, waar hij zich op krachttraining stortte om sterker te worden.
‘Daar plukte ik de vruchten van. Vier jaar geleden kon ik bij Abiant Lycurgus in Groningen aan de slag en ging ik Social Work aan de Hanzehogeschool studeren.’

‘Natuurlijk hoop ik dat Achel een tussenstap is naar hogerop’

Vol lof is de twee meter vier lange Auke over coach Arjan Taaij, die dit jaar voor het eerst naast de bekerwinst en het landkampioenschap greep. ‘Arjan is heel belangrijk voor Lycurgus. Hij is de drijvende kracht achter de successen. Hij let heel goed op de sfeer, zorgt ervoor dat die goed blijft. Hij doet ook veel achter de schermen. Voor Lycurgus is het heel belangrijk dat hij heeft bijgetekend.’
Auke begint dit jaar aan het laatste jaar van de studie, maar er wacht hem ook nog een sportieve uitdaging. ‘Als ik me wil blijven ontwikkelen, moet ik op hoger niveau spelen. In Nederland is Lycurgus de top. De competitie in België staat hoger aangeschreven. Volgend seizoen speel ik daarom bij Tectum Achel in Belgisch Limburg, net over de grens. Dat is een club waar ik zeker speeltijd krijg. Maaseik staat hoger aangeschreven, maar daar zou ik eerder tot de wisselspelers behoren. Natuurlijk hoop ik dat Achel een tussenstap is naar hogerop. Ik verdien de kost en inwoning en heb een auto tot mijn beschikking. Ik ben vrijgezel en pak deze kans met beide handen aan’, aldus de goedgemutste student die in Groningen één van de publiekslievelingen is (vooral onder jeugdige en vrouwelijke supporters, melden meerdere betrouwbare bronnen).
Waarom koos Auke met zijn sportachtergrond niet voor een studie van sportdocent?
‘Het geven van volleybal-clinics is heel leuk. Maar Social Work is persoonlijker, vind ik. Kinderen die niet mee kunnen komen, heten al snel probleemkinderen. Maar in de praktijk hebben ze vaak eerst een duwtje in rug nodig. Als ik een paar dagen met ze optrek, zie ik ze groeien. Ik heb stage gelopen bij Playing for Success, een project voor mbo-leerlingen. Heel leerzaam, werk dat ook veel voldoening verschaft.’