Beyond Zernike: Sensor Technology

De Hanze is meer dan Zernike. Maar liefst zeven onderdelen huizen niet op de campus. De major Sensor Technology van het Hanze Instituut voor Engineering heeft onderdak in Assen.

De dag begint vroeg op de afdeling Sensor Technology van het Instituut voor Engineering van de Hanzehogeschool. Woensdagochtend om half elf hebben de tweedejaars er al twee uur Control Systems opzitten. In het grootste collegelokaal van een voormalig bedrijfspand aan de Industrieweg in Assen luisteren de studenten naar docent Ronald van Elburg die in het Engels uitleg geeft over de bouwstenen van elektrische systemen (de major valt niet voor niets onder Elektrotechniek).

In de koffiepauze is er weinig koffie en nog minder pauze

Al snel stapt Van Elburg over op het combineren van die verschillende bouwstenen van elektrische systemen. Hij daagt de klas uit om de differentiaalvergelijking te vinden die past bij de twee wetten van de Duitse natuurkundige Gustav Kirchhoff (1824-1887). Eén van de studenten begint driftig te schrijven in zijn schrift. ‘Je gaat wel heel snel, Dirk Jan’, zegt een medestudent. De meeste tweedejaars komen er niet helemaal uit. Ronald loopt stapvoets langs de tafels en voor de klas uitgekomen schrijft hij de notaties op het bord.

sensorklas

Spelers met lasers
In de koffiepauze is er weinig koffie en nog minder pauze. Een aantal studenten duikt meteen het integrated lab in om nog snel eventjes aan een project te schaven. Honoursstudenten Dirk Jan Snippe (21) en Mathijs Westerhof (19) werkten aan het eind van hun eerste jaar met een paar andere studenten aan een apparaat dat het stressniveau van de gebruiker aangeeft, onder meer door het meten van de hartslag. Tegelijkertijd functioneert het apparaat als een spel waarin de spelers met lasers op banaantjes moeten schieten.

Mijn hersenen kunnen dit niet aan

Op de aankomende Open Dag moeten ze het project presenteren, dus ze checken of alles het nog doet. Er blijkt het één en ander mis, maar de studenten moeten alweer terug naar college. Bij terugkomst in het collegelokaal is het bord schoongeveegd, maar al gauw vult de docent het weer met nieuwe cijfers en tekens over system responses, de splitsing van variabelen en polynomiale vergelijkingen. Drie kwartier later is de les voorbij en proberen de studenten zich weer bij elkaar te rapen. ‘Mijn hersenen kunnen dit niet aan’, zucht Mathijs. ‘Heavy shit’, mompelt een andere student met wijd open gespreide ogen.

Het heeft ook mindere kanten
Na een snelle lunch is het tijd voor de voorbereidingen voor de Open Dag. Tweedejaars snellen naar het lab om hun creaties te repareren voordat ze ze voorschotelen aan Johan Hekman, de docent die de voorbereidingen begeleidt. Mathijs probeert de niet geïsoleerde bedrading van het bananenspel te fiksen, hij peutert draadjes uit elkaar. Een groepsgenoot slaat aan het solderen. Uit een hoek van het grote laboratorium klinkt een stem.
‘Ik ga het aan Mathijs vragen.’
‘Nee, ik ben druk bezig’, roept de honoursstudent terug.

Er is veel uitdaging, het is drukker dan de meeste andere studies

Mathijs koos de major Sensor Technology omdat hij meer wilde dan alleen elektrotechniek.
‘Ik vind de opleiding helemaal geweldig. Er is veel uitdaging, het is drukker dan de meeste andere studies’, zegt hij, ‘dat is aan de ene kant leuk, maar het heeft ook mindere kanten’, geeft hij toe.
Na wat gezaag, wat soldeerwerk en wat geplak met ducttape, brengen Mathijs, Dirk Jan en de anderen hun creaties naar een ruimte zonder meubilair op de begane grond. In het midden van het zaaltje staan een paar dozen, computers en een fietsapparaat op de grond, daarnaast een grote groene fauteuil. Docent Johan inventariseert de projecten: een robotautootje dat met een Google Glass te besturen is, een toiletpot met sensoren, het bananenspel en nog het een en het ander. Een ouderejaars vraagt waarom de fauteuil mee moet naar de open dag in Groningen. ‘Daar zitten sensoren in die van alles kunnen monitoren, je hartslag, bijvoorbeeld, en je ademhaling’, antwoordt de docent.

Greenhouse voor het voetlicht
Op de inventarisatie volgt een gedetailleerdere bespreking van de presentatie van de opleiding. Dirk Jan pakt tussen beide besprekingen door z’n laptop erbij. ‘Ik ga even de plantjes water geven’, zegt hij, doelend op het huidige project van de tweedejaars waarbij de studenten een controlesysteem moeten bedenken dat automatisch de ideale groeiomstandigheden voor chrysanten in stand houdt. Er volgen een paar clicks en ziezo: ‘De pomp staat aan.’

Er komen veel internationale studenten op de opleiding af, dat geeft een goede sfeer omdat die vaak erg gemotiveerd zijn

De opdracht spreekt de student aan. Dirk Jan koos voor Sensor Technology vanwege de verbreding die de major biedt. ‘Wij krijgen hier ook biologie en chemie. Je leert dus ook over wat sensortechnologie te bieden heeft aan de zorg en de landbouw, om maar twee dwarsstraten te noemen.’ Dat de gehele opleiding Engelstalig is, vindt hij een voordeel. ‘Er komen veel internationale studenten op de opleiding af, dat geeft een goede sfeer omdat die vaak erg gemotiveerd zijn.’ De tweedejaars willen het greenhouse-project graag voor het voetlicht brengen op de Open Dag. ‘Hierin komt alles samen wat we tot nu toe hebben geleerd’, zegt student Sybren.

sensorkassen

‘Wat moet dit voorstellen?’
Na de bespreking, begeven Dirk Jan, Mathijs en Sybren zich naar het integrated lab. Daar in de hoek staan vier plastic tenten die als kas moeten fungeren, op iedere kas lijkt een computer te zijn aangesloten. Mathijs gebruikt het bord in het laboratorium om Sybren het één en ander uit te leggen over Python, de programmeertaal waarmee ze een deel van hun controlesysteem aansturen. Aan de andere kant van het bord tekent Dirk Jan een systeem na dat de stroomvoer naar hun kas symboliseert.

Mathijs kijkt verschrikt naar de tekening van Dirk Jan. ‘Wat moet dit voorstellen?’

Hij bespreekt het systeem met weer een andere groepsgenoot. Mathijs kijkt verschrikt naar de tekening van Dirk Jan. ‘Wat moet dit voorstellen?’ Zijn medestudent blijft er nuchter onder. ‘Het laat onze lampen branden’, zegt hij droog. Het is inmiddels al na vieren, de honoursstudenten moeten naar Groningen voor een bijeenkomst. In de trein puffen ze uit, in The City of Talent zullen ze een pizza naar binnen werken, en dan vlug weer door. Als het honoursproject is afgelopen hebben Dirk Jan en Mathijs misschien weer eens de gelegenheid om te onderzoeken wat men verstaat onder het begrip vrije tijd.