De Zaak-Celine.

Onnozel, onbehoorlijk, ongelofelijk, onprofessioneel, onrechtvaardig, onredelijk én onbillijk. Zo omschrijft mr. Peter Smits de handelwijze van de Hanzehogeschool in het kort geding dat op 6 juli diende in de rechtbank van Groningen. De advocaat uit Oegstgeest (‘Ik ben vanochtend met de bakkers opgestaan om hier te kunnen zijn’) eist dat eerstejaars Accountancy Celine Smits op 12 juli mag meedoen aan het hertentamen voor het vak International Finance & Economics. Nadat ze het tentamen op 28 juni aflegde, voorzag Celine Smits (inderdaad: de dochter van de raadsman) dat ze geen voldoende zou halen en besloot ze zich nog diezelfde dag in te schrijven voor het hertentamen. Dit was echter niet mogelijk omdat de inschrijvingstermijn die de Hanzehogeschool hanteert,veertien dagen vóór de datum van het afleggen van een tentamen verstrijkt. Celine had zich kunnen inschrijven tot het middernachtelijk uur van 27 juni, maar geen minuut later.

Mr. Smits: hoezo een inschrijvings-plícht, alles wijst op een advies

De Hanzehogeschool schiet flagrant tekort, betoogt Smits. ‘Het heeft er de schijn van dat de Hanzehogeschool de regels voor de studenten zeer strikt hanteert, maar voor zichzelf soepele maatstaven aanhoudt.’ Zo heeft de Hanzehogeschool papieren die uitwijzen hoe studenten worden geïnformeerd over de veertiendagentermijn niet op tijd aan hem verzonden. Desondanks wil hij dat de rechter de documenten in haar bespiegelingen betrekt, want van een plicht is geen sprake. ‘Studenten moeten worden gemotiveerd om zich eerder dan twee weken voor het tentamen in te schrijven. Gemotiveerd… dat wijst op een advies, niet op een verplichting.’ Andere manieren waarop de Hanzehogeschool haar studenten hierover informeert acht Smits niet toereikend. Overal posters? Die heeft Celine niet opgemerkt. Aandacht tijdens studieloopbaanbegeleiding? Is wel eens aan de orde gesteld, maar niet heel nadrukkelijk. Sociale media, Smits juicht het toe dat de school met de tijd meegaat, maar kan niet achterhalen of hierin de inschrijfplícht werd genoemd, laat staan werd onderstreept.

Handelwijze Hanze ’te grof voor woorden’ en ‘schandalig’

De wijze waarop vertegenwoordigers van de Hanzehogeschool zijn dochter en hemzelf sinds 28 juni benaderden kenschetst Smits als ‘een kluitje in het riet’, ‘een muur van stilzwijgen’, ‘aan tegenwerking grenzende ontmoediging’, ‘te grof voor woorden’ en ‘schandalig’. En dat allemaal voor een student die een paar uur te laat is met de inschrijven en stilletjes wil aanschuiven achter één van de tafeltjes die toch al klaarstaan, want er zijn altijd tafels genoeg. Logisch, volgens Smits, want onder degenen die zich wél op tijd inschreven voor het hertentamen zijn er altijd wel studenten die niet komen opdagen omdat ze een voldoende halen bij de eerste poging. ‘Het is dus nauwelijks moeite voor de Hanzehogeschool en toch houdt men vast aan de strikte toepassing van de regeltjes. Dat bedoel ik wanneer ik schrijf over het machine-argument, de machine moet draaien, zelfs als de studenten erdoor worden gemangeld. Zelfs als dat betekent dat Celine hierdoor niet genoeg punten haalt om door te mogen studeren. Schandalig. Waarom doet de Hanzehogeschool zo moeilijk?’

Mr. Funke: met een uitzondering voor Celine doe je onrecht aan andere studenten die zich te laat inschreven

De Hanzehogeschool doet helemaal niet moeilijk, stelt Vincia Funke namens de Stichting Hanzehogeschool. ‘Studenten kunnen zich het hele jaar door inschrijven, van ’s ochtends vroeg tot ’s avond laat, en midden in de nacht. Tot veertien dagen vóórdat het tentamen plaatsvindt. Iedere student weet dat, en wordt daar op allerlei manieren op gewezen. En zeker in de aanloop naar de tentamens aan het eind van blok 4, waarin we studenten er nadrukkelijk op wijzen dat ze zich ook meteen voor de hertentamens moeten inschrijven. Hoe spijtig ook, Celine was gewoon te laat.’ De reden voor de strenge termijn is het gevolg van de enorme hoeveelheid tentamens die er worden afgelegd en de voorzieningen die daarvoor moeten worden getroffen. ‘Daardoor kan alles goed worden geregeld en dat is in het voordeel van álle studenten.’ Een uitzondering maken voor Celine lijkt een zaak van weinig gewicht, maar volgens Funke zou het grote gevolgen hebben. ‘Als de eis van de wederpartij wordt toegewezen, zijn we gehouden om vergelijkbare gevallen ook zo te behandelen. Dan moeten we iedereen die zich te laat heeft ingeschreven, recht op deelname aan een herkansing geven. Wij schatten het aantal studenten dat daarvoor in aanmerking komt op drieduizend.’
Mr. Smits merkt op dat de Hanzehogeschool in haar ‘formalistische’ en ‘ijzige’ repliek alleen de belangen van de Hanzehogeschool naar voren brengt. ‘Dat de Hanzehogeschool het lot van studenten daaraan opoffert is niet alleen onrechtvaardig, maar ook ongegrond en onjuist.’

Enkele uren later volgt de uitspraak. Celine Smits wordt niet in het gelijk gesteld en zal dus ook niet toegelaten worden tot het hertentamen op 12 juli. De uitleg van de rechter volgt morgen of maandag.