Langzaam eten.

Terwijl de studenten van de universiteit bijna aan hun winterslaap toe zijn, ben ik zelf lekker uitgerust: afgelopen week was namelijk díe week in oktober: vakantie in hbo-land! Eigenlijk draaide mijn hele vakantie om eten en slapen.
Praktisch gezien stond ik op om uitgebreid te brunchen, daarvan uit te buiken wat resulteerde in een dutje en dat dan in repeat rond het avondeten. Op de momenten waarop ik met mijn ogen open sliep, bezocht ik een aantal leuke tentjes. Je kunt dit alles als een speciale vorm van slaapwandelen zien, maar ik noem het eet-slapen.

Oplettende mee-eters zeggen weleens dat ik te nauwkeurig ben in wat ik op mijn vork schep

Op de één of andere miraculeuze wijze klik ik op die momenten bijzonder goed met mensen die van eten houden. Het gezelschap waarmee ik eet, merkt vaak op dat ik zo langzaam eet. Terwijl ik deze zin hardop voorlees, schreeuwt de vriendin die ondertussen haar haren zit te ontklitten keihard: ‘JA, BIZAR TRAAG!’
Ik meen enige frustratie in haar geblèr te horen. Zelf weet ik eigenlijk niet wat mijn slow-eating betekent. Ik weet niet eens óf het wel wat betekent. Oplettende mee-eters zeggen weleens dat ik te nauwkeurig ben in wat ik op mijn vork schep. Té nauwkeurig, pfff, gaan ze zich lekker tegen me aan zitten bemoeien.
Wel handig, zou je kunnen denken: als ze een reep chocola heeft doet ze daar ook 86 keer zo lang over. Maar dat is dus niet zo. Zodra het om chocola, chips of mijn recentste verslaving kroepoek gaat, dan kan ik ineens toveren. Ik had trouwens ook nog niet in de gaten dat ik weer over eten aan het schrijven was totdat ik het las… Ging per ongeluk. In eet-slaapfases doe ik alles onbewust.
Maar ja, de wekker is gegaan. Dat betekent dat de vakantie voorbij is en ik weer op mijn fietsje naar Zernike moet. Slapend college volgen, zou je de fases tussen de vakanties kunnen noemen. Niet vergeten om wat te knabbelen mee te nemen.