Ik was op een studentenfeestje, zo’n typisch geval van bier tot aan het plafond en verborgen flessen sterk in de keukenla. Buiten werden jointjes gerookt en sisten aangeschoten stemmen dat de buren het wel heel luidruchtig begonnen te vinden. Binnen schaarde een kloetje rode wangen zich om een eikenhouten tafel. In toenemend enthousiasme leverden ze commentaar op het spel waarbij een pingpongballetje op weg gaat naar een met bier gevulde beker aan de overkant van de tafel.
M’n gesprekspartner was een 24-jarige geschiedenisstudent met een voorliefde voor Bos-atlassen
Onvermijdelijk gevolg van het oeverloze bierdrinken is een routinematige gang naar het toilet. Het feestje werd gehouden in een ruim opgezet studentenpand met meerdere verdiepingen. Op de begane grond bevond zich het toilet waar zich permanent drie, steeds verschillende, dames bevonden die netjes op hun beurt wachtten. De alcohol in die door hun aderen suisde, veroorzaakte een aanhoudend gelach dat door de lange gangen klonk.
Mijn gesprekspartner, een 24-jarige geschiedenisstudent met een voorliefde voor Bos-atlassen, boog zich samenzweerderig over me heen toen ik hem uit de doeken had gedaan dat ik het erg irritant vond om in een rij voor een toilet te staan. Zachtjes hijgde hij tegen m’n oorlel dat er nog een tweede toilet was, op de eerste verdieping.
Vanaf de deur voor me loerde Mei me toe van boven haar billen, zwoel, maar lichtelijk doods, rechts van me hing Augustus
‘Zelf gebruik ik het de hele avond al, niemand komt er verder’, fluisterde hij, terwijl hij schuchter om zich heen keek. Ik geloofde de jongen direct, stak onopvallend een duimpje naar hem op en liep weg. Glazig keek hij me na terwijl ik de trap op snelde, langs de giecheldames die voor toilet 1 stonden.
Toilet 2 was, precies zoals de jongen had omschreven, een oase voor de gevulde blaas. Geen rijen, voldoende wc-papier en opvallend schoon. Ik trok de deur achter me dicht en ging zitten. Sinds een tijdje plas ik zittend, als de gelegenheid zich daarvoor leent. Ooit heb ik ergens gelezen dat dat aanzienlijke gezondheidsvoordelen oplevert.
Vanaf de deur voor me loerde Mei me toe van boven haar billen, zwoel, maar lichtelijk doods. Rechts van me hing Augustus. Ze had een bladblazer tussen de benen geklemd, haar handen ferm om de schaft. Het resultaat van zorgvuldig uitgekiende mannenmarketing: een echt man is dol op tuinieren. Terwijl ik oogcontact met Mei probeerde te vermijden, rondde ik de zaak af, spoelde door en verliet het toilet. Toen ik de trap afliep, hoorde ik gegiechel opstijgen uit toilet 1. Tevreden stortte ik me weer in het feestgedruis.
