O, god. Nee. Johan Cruijff is dood. Hij deed dingen met voetbal. Wat een inspiratie voor zo veel mensen. Niet alleen om zijn spel, maar ook om zijn (soms onnozele) uitspraken. Ik noem maar een voorbeeld: ‘Je moet schieten, anders kan je niet scoren.’ Of nog mooier: ‘Voordat ik een fout maak, maak ik hem niet.’ Wat een hoog niveau Algemeen Beschaafd Nederlands. Ik zie meneer Cruijff wel als iemand die je als voorbeeld kunt gebruiken. Hij is voor veel mensen een held. Een kanjer.
Na Nijntje kwam Barbie, die ging in een roze cabriolet achter mannen aan
Dit bracht mij aan het denken. Wie zijn nu eigenlijk mijn helden? Ik heb best wel veel respect voor meneer Dick Bruna. Als je hem niet kent, wat eigenlijk kut is, hij is de tekenaar van Nijntje. Nijntje was vroeger mijn held. Ik kende liedjes over Nijntje die naar het strand ging en had allerlei boekjes. Wellicht is daar mijn voorliefde voor het strand ontstaan. Daarna kwam Barbie. Die ging in een roze cabriolet achter mannen aan. Eigenlijk zou ik dat nog steeds nog wel heel erg leuk vinden. Natuurlijk moet ik ook mijn voorliefde voor K3 niet vergeten. Zij waren fantastisch. Ik weet eigenlijk niet zo goed waarom ik ze adoreerde, maar ze hadden wel leuke jurkjes aan.
Het Nederlands waterpoloteam, dát waren mijn heldinnen, totdat ik ontdekte dat er meer was dan chloorwater
Wanneer ik heel dronken ben, vind ik het nog steeds leuk om liedjes van deze meidenband te zingen. Toch lastig om zo’n pre-puberperiode goed af te sluiten. Na K3 ging ik voor het serieuzere werk. Ik ambieerde topsport. De dames van het Nederlands waterpoloteam werden mijn helden. Samen met mijn vader ging ik wel bij wedstrijden van hen kijken. Ik heb nog foto’s waar ik trots met ze op sta. Maar ook deze fase ging voorbij. Ik merkte dat er meer was dan chloorwater. Bijvoorbeeld bubbeltjeswater, met wodka. Want daar zitten minder calorieën in dan in bier. Tijdens mijn studentenperiode had ik tot nog toe niet echt een held. Totdat ik Annelies ontmoette. Annelies is eigenlijk al een beetje student-af. Maar ik ken geen enkele burger zoals zij. Tijdens je burgerbestaan hoef je je niet te distantiëren van het studentenleven. Annelies doet geen concessies. Annelies staat gewoon vier keer per week in de kroeg. Later wil ik net zo worden als zij, en inspiratiebron voor veel mensen.
