Omas aan de top

Ik ben gezegend met een echte stadse oma. Geboren en getogen in Groningen, en ook op haar oude dag woont ze nog binnen de diepenring. In een seniorenflat wel te verstaan, maar nog steeds overal lekker dichtbij. En ondanks dat ze inmiddels de tachtig is gepasseerd, gaat ze aardig mee met de tijd. Ze rijdt nog auto en doet haar eigen boodschappen. Natuurlijk is er wel sprake van een generatiekloof. Ze vindt mijn tattoo maar niks en mijn zomerjurkjes te bloot. Toch is mijn oma behoorlijk hip. Ze is bereikbaar via WhatsApp, heeft een enorme smart-tv en volgt Wie is de Mol? op de voet.

Even een appje of ik langs zal komen, oma vraagt wat ik wil eten en somt dan m’n favoriete maaltjes op

Ik besef heel goed dat ze mijn laatste oma is, alleen daarom al koester ik haar. De laatste tijd probeer ik vaker bij haar langs te gaan. Want hoe top is het, dat ik niet drie uur in de trein hoef te zitten om haar te omarmen? Met een kwartiertje fietsen sta ik al op de stoep!
Even een kopje thee of samen eten is zo geregeld. Een appje of ik deze week even langs zal komen, beantwoordt mijn ‘altijd online oma’ doorgaans binnen een paar minuten. Ze vraagt me wat ik wil eten en somt dan mijn favoriete maaltjes op. Een goed bord stamppot zet ze met liefde voor me op tafel. Gegarandeerd maakt ze veel te veel klaar, en vervolgens vertrek ik naar huis met een bak vol eten. Vaak zoveel, dat ik er minimaal twee dagen van kan leven.

Ik kwam voor een kopje thee en ging de deur uit met pepernoten, een plant en zakdoekjes

Laatst zeurde ik wat over mijn nek- en schouderklachten en liet ik vallen dat ik maar eens een nieuw kussen moest kopen. Voor ik het wist, veerde ze omhoog uit haar sta-op-stoel. Oma had nog wel een kussen liggen, dat moest ik maar even proberen.
Als ik bij oma ben geweest, stap ik altijd weer met volle tassen op de fiets. Vanmorgen was ik bij haar op bezoek voor een kopje thee. Ik ging de deur uit met een zak pepernoten, een plantje en zakdoekjes tegen m’n verkoudheid. Nog even studeren, terwijl ik om de haverklap mijn neus snuit in oma’s zakdoekjes. Ondertussen warm ik oma’s stamppotje op en pronkt mijn nieuwe plantje in de vensterbank. En, mijn nekklachten zijn toch echt een stuk opgeknapt dankzij dat nieuwe kussen. Oma, bedankt!